postcommotioneel syndroom

Een hoofd vol chaos: postcommotioneel syndroom en een overgevoelig brein

eerst gepubliceerd op 7 aprili 2023 op www.fysiotherapienoorderbad.nl

In mijn vorige blog, over hersenschudding, noemde ik het al: ik hou van contact- en vechtsporten. Bij zo’n sport is een klap tegen je hoofd helaas niet zo zeldzaam. Heb ik me daarom als manueel- en fysiotherapeut gespecialiseerd in het behandelen van klachten aan nek en hoofd? Wie weet! Bij die hoofd- en nekklachten hoort ook het postcommotioneel syndroom waarop ik in deze blog uitgebreid inga.

Wat is postcommotioneel syndroom?

Postcommotioneel syndroom, afgekort als PCS, is een combinatie van klachten die je kunt krijgen na een hoofdletsel of hersenschudding. Welke klachten? Bijvoorbeeld hoofdpijn, duizeligheid, vermoeidheid en slaapproblemen. Maar denk ook aan veranderingen in je stemming, en cognitieve problemen zoals problemen met je concentratie en je geheugen. Vaak wordt de diagnose PCS gesteld op het moment dat de klachten na je hoofdletsel of hersenschudding niet overgaan, ondanks dat je je aan de adviezen van je dokter of fysiotherapeut houdt.

Waardoor krijg je postcommotioneel syndroom?

De oorzaak van PCS lijkt te liggen in overgevoeligheid van het zenuwstelsel. Sommige mensen hebben meer kans op die overgevoeligheid. Wanneer loop je meer risico?

  • Je hebt eerder een hoofdletsel gehad: dat kan je gevoeliger maken voor het ontwikkelen van PCS
  • Je hoofdletsel was ernstig: hoe langer je bewusteloos was en/of hoe heviger de eerste klachten waren, hoe groter de kans op postcommotioneel syndroom
  • Je bent wat ouder of juist nog jong: oudere mensen en kinderen hebben een hoger risico op PCS.
  • Je bent vrouw: het is niet eerlijk, maar vrouwen hebben meer kans op PCS dan mannen.
  • Je bent bekend met een psychologische aandoening, bijvoorbeeld ADHD, angst of depressie

Ook door andere oorzaken kan je meer risico op postcommotioneel syndroom lopen. Je kunt er genetische aanleg voor hebben, maar ook (overmatig) gebruik van alcohol en andere drugs is een risico, net als slaapstoornissen en (andere) gezondheidsproblemen.

Wat is eigenlijk een overgevoelig zenuwstelsel?

Met ‘zenuwstelsel’ wordt het systeem bedoeld dat ervoor zorgt dat gevoelssignalen uit je lichaam (bijvoorbeeld warm, koud en pijn) je hersenen bereiken. Wanneer je je teen stoot gaat er bijvoorbeeld een prikkel van een sensor (“nociceptor”) via een zenuw door je ruggenmerg naar je hoofd. Maar let op: het is geen kwestie van ‘er gaat een seintje naar je brein(tje)’. Want hoe je die prikkel vervolgens ervaart, daarbij spelen je ruggenmerg en hersenen zelf ook een actieve rol.

Om het plaatje helder te krijgen, moet ik het eventjes ingewikkelder maken. Je ruggenmerg en hersenen worden namelijk samen het ‘centrale zenuwstelsel’ genoemd. De zenuwen en sensoren in je organen en spieren en de rest van je lichaam, die met het centrale zenuwstelsel verbonden zijn, heten samen het ‘perifere zenuwstelsel’. En allebei de zenuwstelsels kunnen overgevoelig worden. Bij ieder gebeurt dat op een eigen manier, en bij postcommotioneel syndroom gebeurt het in beide systemen tegelijkertijd.

Ik zal eerst het overgevoelig worden van het perifere zenuwstelsel uitleggen. Met een technisch woord noemen we dat ‘perifere sensitisatie’. Je zult zien dat met eventjes gevoelig worden van dat deel van je centrale zenuwstelsel op zich niets mis is, maar als de sensitisatie blijft doorgaan en niet tot rust komt heb je een probleem.

Perifere sensitisatie: het gevoeliger worden van je perifere zenuwstelsel

Perifere sensitisatie betekent dus ‘het gevoeliger worden van je perifere zenuwstelsel.’ Ik gebruik nogmaals het voorbeeld van het stoten van je teen (dat hebben we allemaal immers wel eens meegemaakt). Wanneer je je teen stoot, wordt dat opgepikt door speciale sensoren (nociceptoren). Die sensoren sturen een signaaltje naar je centrale zenuwstelsel. Dat signaaltje zorgt dat je ‘pijn’ voelt.

Leve de nociceptoren, want pijn is heel nuttig. Het zorgt ervoor dat je je lichaam niet zomaar beschadigt. Wat gebeurt er als je nog een tweede keer dezelfde teen stoot? Dan worden je nociceptoren gevoeliger. Als ze gevoeliger zijn geven ze pijnsignalen eerder door, zodat je nog voorzichtiger bent met je teen. Ze kunnen ook weer minder gevoelig worden: als je een tijdje voorzichtig doet met die teen, komen de sensoren weer tot rust. 

Helaas gebeurt dat soms niet. Dan neemt de gevoeligheid van de sensoren niet af ondanks dat je voorzichtig doet of rust neemt. De nociceptoren blijven volop aanstaan, waardoor je eerder pijn hebt. En, nu komt het, als je eerder pijn hebt, worden de nociceptoren nóg gevoeliger. Ze zien die pijn immers als waarschuwing tegen schade. Pijn die meer pijn levert: je komt in een vicieuze cirkel terecht van au au steeds grotere au.

Centrale sensitisatie: het gevoeliger worden van je centrale zenuwstelsel

Ook je centrale zenuwstelsel kan gevoeliger worden. Ik vertelde al dat je ruggenmerg en hersenen pijnsignalen verwerken. Ze kunnen ondertussen niet checken of die pijnsignalen wel kloppen. Maar het centrale zenuwstelsel kan wel gevoeliger worden voor die signalen waardoor het aantal seintjes dat nodig is om je ‘pijn’ te laten ervaren, steeds lager wordt.

Het kan zelfs zover komen dat zelfs op een heel klein signaaltje met heel veel pijn wordt gereageerd. Dat heeft net als perifere sensitisatie ergens wel nut, want pijn is niet fijn en je gaat daardoor gevaar vermijden. Maar als er geen gevaar meer is en je centrale zenuwstelsel blijft overgevoelig reageren op kleine signaaltjes, dan werkt het averechts.

De oorzaak van overgevoelige worden van je centrale zenuwstelsel kan een overdaad aan signalen zijn, bijvoorbeeld omdat je een blessure of letsel hebt opgelopen. Maar soms stelt het centrale zenuwstelsel ondanks afnemende signalen de alarmknop niet bij. Het dreigingsniveau blijft onverminderd hoog ingeschat, en er is maar een kleine prikkel nodig om direct groot alarm te slaan. Een op zich nuttig systeem, gemaakt om onszelf te beschermen, keert zich op die manier tegen ons.

Ook hier kun je in een vicieuze cirkel terechtkomen. Je centrale zenuwstelsel verlaagt de pijndrempel met als gevolg dat je bij een kleinere prikkel pijn ervaart. Daarop reageert je centrale zenuwstelsel weer door de pijndrempel nog wat te verlagen, want een pijnsignaal betekent dreiging (het wordt niet gecheckt of het waar is). Met als gevolg dat je soms zelfs hele normale prikkels zoals een aai, of zelfs een streling van de wind als enorm pijnlijk kunt gaan ervaren. 

Perifere sensitisatie + Centrale sensitisatie = chronische pijnklachten

Ik schreef het al: postcommotioneel syndroom is een sensitisatie van beide zenuwstelsels tegelijkertijd. Je hebt een pijnlijke plek die gevoeliger wordt voor pijnlijke signalen (perifere sensitisatie), waardoor ook je brein gevoeliger kan worden en de pijn kan gaan versterken door de drempel te verlagen(centrale sensitisatie). Zie hier de oorzaak van chronische pijnklachten, een belangrijk onderdeel van PCS.

Maar helaas zijn er nog meer effecten van sensitisatie van het centrale zenuwstelsel. Bij postcommotioneel syndroom kun je daarom ook verstoring van andere processen krijgen, wat kan leiden tot psychische problemen, en problemen met horen, zien, ruiken en proeven.

Psychische effecten na hoofdletsel: “Wat gebeurt er? Ik herken mezelf niet meer!”

De groeiende gevoeligheid voor pijn in je centrale zenuwstelsel kan ook effect hebben op andere delen van je hersenen. Zo kun je opeens psychische klachten krijgen. Of merken dat zintuigelijke prikkels anders bij je binnenkomen. Straalt de sensitisatie ook uit naar je hersenstam, dan kun je verstoring van basisfuncties zoals slaap, hartslag en lichaamstemperatuur ervaren.

Psychische klachten

Door de sensitisatie van je centrale zenuwstelsel kan je reactie op emotionele prikkels intenser worden. Daardoor kun je last krijgen van angst- en stressgevoelens, irritatie maar ook depressie, en stemmingswisselingen. Deze klachten komen helaas vaak voor bij patiënten met postcommotioneel syndroom.

Overgevoelig voor prikkels

Wat ook kan voorkomen, is dat behalve je tastzintuigen (aanraking, warmte, kou en pijn) ook andere zintuigen verstoord raken door sensitisatie. Mensen met postcommotioneel syndroom kunnen bijvoorbeeld gevoelig reageren op licht en geluid. Ze kunnen zich hierdoor vaak minder goed concentreren, of worden erg moe van gewone alledaagse situaties. Ook kunnen ze minder goed gaan ruiken en proeven.

Hersenmist

Als je gevoeliger bent voor emoties en voor prikkels van buitenaf, en daarnaast heftiger reageert op emoties als stress en angst, kun je ook moeite krijgen met het opnemen van informatie. Ook dat zien we vaak bij mensen met postcommotioneel syndroom. Problemen met het onthouden van dingen, met je concentreren en met het uitvoeren van complexe taken horen ook bij de gevolgen. Tegenwoordig duiden ze die klachten ook wel aan met de term ‘Brainfog’ (hersenmist) of ‘hersenvermoeidheid’.

Verstoorde basisfuncties

Je basisfuncties zijn bijvoorbeeld je slaap, je ademhaling en je hartslag. Wanneer de sensitisatie van je centrale zenuwstelsel ook je hersenstam beïnvloedt, kun je last krijgen van verstoorde basisfuncties. Je slaapt slecht of onregelmatig, hebt een snelle ademhaling of hoge hartslag, krijgt last van temperatuurschommelingen van het lichaam, of van incontinentie, ervaart veranderingen in je libido of (bij mannen) erectiestoornissen.

De behandeling van Postcommotioneel syndroom

Zoals je hebt gelezen is PCS een ‘veelkoppig monster’. Niet alleen heb je te maken met chronische pijn en verstoorde pijnervaring, vaak heb je ook te maken met de gevolgen van sensitisatie van het centrale zenuwstelsel voor andere functies van je brein. Postcommotioneel syndroom heeft dus een negatieve invloed op verschillende aspecten van je leven en functioneren.

Op het gebied van pijn worden zowel je perifere als je centrale zenuwstelsel behandeld. Voor de andere symptomen worden ook andere expertises bij de behandeling betrokken.

In het multidisciplinaire team dat bij PCS actief met je bezig is, kunnen naast de fysiotherapeut bijvoorbeeld ook een cognitief gedragstherapeut, een neuropsycholoog en een huisarts (voor medicatie) betrokken zijn.  

Kort samengevat

Postcommotioneel syndroom is de term die gebruikt wordt voor een slecht of niet herstellende hersenschudding. PCS kenmerkt zich door een cluster van symptomen die mede het gevolg zijn van sensitisatie (overgevoelig raken) van het zenuwstelsel. 

Dat betekent dat je gevoeliger kunt worden voor pijn, maar ook andere klachten kunt krijgen, bijvoorbeeld psychische klachten, prikkelgevoeligheid, verstoring van zintuigen en verstoorde basisfuncties zoals hartslag en libido.

De symptomen van PCS kunnen grote gevolgen hebben voor je dagelijks functioneren, ook omdat ze cognitieve functies zoals denken en geheugen kunnen beïnvloeden.

Behandeling van postcommotioneel syndroom vindt vaak op meerdere vlakken plaats, bijvoorbeeld door fysiotherapie, medicatie en psychologische hulp.

Meer blogs lezen?

klik hier voor een overzicht van al onze blogs

Bronnen:

1.        Arambula SE, Reinl EL, El Demerdash N, McCarthy MM, Robertson CL. Sex differences in pediatric traumatic brain injury. Exp Neurol. 2019;317:168-179. doi:10.1016/j.expneurol.2019.02.016

2.        Dwyer B, Katz DI. Postconcussion syndrome. In: Handbook of Clinical Neurology. Vol 158. Elsevier B.V.; 2018:163-178. doi:10.1016/B978-0-444-63954-7.00017-3

3.        Abdul-Muneer PM, Saikia BB, Bhowmick S. Synergistic effect of mild traumatic brain injury and alcohol aggravates neuroinflammation, amyloidogenesis, tau pathology, neurodegeneration, and blood-brain barrier alterations: Impact on psychological stress. Exp Neurol. 2022;358. doi:10.1016/j.expneurol.2022.114222

4.        Theadom A, Parag V, Dowell T, et al. Persistent problems 1 year after mild traumatic brain injury: A longitudinal population study in New Zealand. British Journal of General Practice. 2016;66(642):e16-e23. doi:10.3399/bjgp16X683161

5.        Haarbauer-Krupa J, Pugh MJ, Prager EM, Harmon N, Wolfe J, Yaffe K. Epidemiology of Chronic Effects of Traumatic Brain Injury. J Neurotrauma. 2021;38(23):3235-3247. doi:10.1089/neu.2021.0062

6.        Dick RW. Is there a gender difference in concussion incidence and outcomes? In: British Journal of Sports Medicine. Vol 43. ; 2009. doi:10.1136/bjsm.2009.058172

7.        Hoegh M. Pain Science in Practice (Part 4): Central Sensitization I. J Orthop Sports Phys Ther. 2023;53(1):1-4. doi:10.2519/jospt.2023.11569

8.        Hoegh M. Pain Science in Practice (Part 5): Central Sensitization II . Journal of Orthopaedic & Sports Physical Therapy. 2023;53(2):55-58. doi:10.2519/jospt.2023.11571

9.        Hoegh M. Pain Science in Practice (Part 3): Peripheral Sensitization. Journal of Orthopaedic and Sports Physical Therapy. 2022;52(6):303-306. doi:10.2519/jospt.2022.11202

10.      Hoegh M. Pain Science in Practice: What Is Pain Neuroscience? Part 1. Journal of Orthopaedic and Sports Physical Therapy. 2022;52(4):163-165. doi:10.2519/jospt.2022.10995

11.      Hoegh M. Pain Science in Practice: What Is Pain Neuroscience? Part 2. Journal of Orthopaedic and Sports Physical Therapy. 2022;52(4):166-168. doi:10.2519/jospt.2022.10994

12.      Guglielmetti M, Serafini G, Amore M, Martelletti P. The relation between persistent post-traumatic headache and ptsd: Similarities and possible differences. Int J Environ Res Public Health. 2020;17(11):1-19. doi:10.3390/ijerph17114024

13.      Wickwire EM, Williams SG, Roth T, et al. Sleep, Sleep Disorders, and Mild Traumatic Brain Injury. What We Know and What We Need to Know: Findings from a National Working Group. Neurotherapeutics. 2016;13(2):403-417. doi:10.1007/s13311-016-0429-3

14.      Schmidt AT, Li X, Hanten GR, McCauley SR, Faber J, Levin HS. A longitudinal investigation of sleep quality in adolescents and young adults after mild traumatic brain injury. Cognitive and Behavioral Neurology. 2015;28(2):53-62. doi:10.1097/WNN.0000000000000056

15.      Mollayeva T, D’Souza A, Mollayeva S. Sleep and Psychiatric Disorders in Persons With Mild Traumatic Brain Injury. Curr Psychiatry Rep. 2017;19(8). doi:10.1007/s11920-017-0800-z

16.      Rojczyk P, Seitz-Holland J, Kaufmann E, et al. Sleep Quality Disturbances Are Associated with White Matter Alterations in Veterans with Post-Traumatic Stress Disorder and Mild Traumatic Brain Injury. J Clin Med. 2023;12(5). doi:10.3390/jcm12052079

Andere interessante links: